ambitieplan

1. Inleiding

Ontstaan Stichting Gemeenschappelijke Voorzieningen 't Hool
De Stichting Gemeenschappelijke Voorzieningen ‘t Hool komt voort uit de in 1961 opgerichte Woningbouwvereniging Huis en Wijk. Een naam bedacht door het toenmalige bestuur om aan te geven dat het niet alleen om het huis, maar ook om de omgeving ging. Doelstellingen waren o.a.:

• een grote differentiatie in de te bouwen woningen, ook bij eenzelfde huurpeil, opdat zoveel mogelijk aan de specifieke wensen van de bewoners kon worden voldaan;
• een harmonische wijkopbouw qua samenstelling en aanleg. De woningbouwvereniging was niet gebonden aan een bedrijf, levensbeschouwing of politieke richting. Voorts diende in de te realiseren woonwijk ook woningwetwoningen opgenomen te worden ter voorkoming van verdere opsplitsing in sociale lagen;
• een streven naar optimale omstandigheden: met name diende te worden uitgegaan van goede ontwerpen, vergaande industrialisatie, uitgebreide detaillering. Dit alles om voorwaarden te scheppen voor zo laag mogelijke stichtingskosten;
• een niet winstgevende exploitatie.

 

Verscheidenheid van woonvormen
De uiteindelijk stadswijk ’t Hool met ongeveer 1000 woningen, naar het architectonisch en stedebouwkundig ontwerp van Jaap Bakema, kwam medio 1972 gereed. In dit project legde hij het erop aan om in samenspraak met de toekomstige bewoners een zo groot mogelijke verscheidenheid van woonvormen in groots gedifferentieerde buurteenheden met elkaar te verenigen: een verbinding van hoogbouw, middelhoogbouw en laagbouw die zich haaks slingerend in het vlakke landschap uitstrekken. Op deze wijze wilde hij de woningbouwvereniging een zo ruim mogelijke keuze aan woonsituaties aanbieden en ieder in de gelegenheid stellen een levensvorm te kiezen overeenkomstig de gewenste relatie tot de ruimte, de natuur, het buurtleven, de autoweg. 

 

Gemeenschappelijk groen
De tuinencommissie van Huis en Wijk heeft steeds geijverd voor het creëren van het zogenaamde gemeenschappelijk groen, een niet tot gemeentelijk of particulieren behorend groen, dat de huizen als het ware omsloot. Dit groen, hoewel hier en daar te klein van formaat om de afsluitende werking effectief te doen laten zijn, is een belangrijke factor in het stedebouwkundig ontwerp van de stadswijk.

 

Huidige taken van de stichting
De kosten van het onderhoud van het centrale antennesysteem en van het gemeenschappelijke groen diende door de bewoners te worden opgebracht. daarom was in het koopcontract een bepaling van erfdienstbaarheid opgenomen. Om dit te regelen is de Stichting Gemeenschappelijke Voorzieningen ‘t  Hool in het leven geroepen. De Stichting heeft nu tot taak de onderhoudskosten voor het gemeenschappelijk groen te voldoen en waakt bovendien over het in stand houden van het stedebouwkundig concept en de architectonische verschijningsvorm van ’t Hool. 

 

2. Architectuur en stedebouw

Behoud en herstel
De architectuur en de stedebouw bepalen voor een belangrijk deel het imago en de uitstraling van de stadswijk. De Stichting Gemeenschappelijke Voorzieningen ’t Hool draagt een grote verantwoordelijkheid voor het behoud en herstel van deze kwaliteiten en verdient een herkenbare positie met een heldere definitie en afbakening van haar taken in deze.

 

Samenhang in processen
De stichting, welke de categorie koopwoningen vertegenwoordigt, dient meer nadrukkelijk betrokken te worden in initiële fasen van projecten van overheden en woningbouwcoöperaties. Informatie achteraf dient te worden vermeden.
Een duurzame kwaliteit van de architectuur en de openbare ruimte vertaalt zich in een gevoel van welbevinden bij haar bewoners en bezoekers. Deze kwaliteit is slechts haalbaar in een integraal proces van planontwikkeling, waarbij partijen in staat worden gesteld hun bijdrage gelijkwaardig te leveren. Gestreefd dient te worden naar coherente resultaten, die voortkomen uit een multidisciplinaire aanpak. Geen verfraaiing achteraf, maar stedebouw, architectuur, landschap, beeldende kunst in een gelijktijdig afwegingsproces.

 

Toekomst

Stedenbouwkundig geheel
Bakema speelde begin jaren 60 een belangrijke rol bij het tot stand komen van het ontwerp van het Winkelcentrum Woensel. De moderne woonwijk en het winkelcentrum werden stedebouwkundig als een geheel geconcipieerd. Het verschil in opdracht en planning is vanzelfsprekend ruimtelijk afleesbaar, maar daadwerkelijke genuanceerde koppelingen van wonen en winkelen waren hier harmonieus vervlochten.
Ook in het masterplan voor de uitbreiding van het winkelcentrum was door Bakema voorzien. Bij de plannen tot  herontwikkeling van het winkelcentrum 10 jaar geleden is hiervan helaas geen gebruik gemaakt door de gemeente Eindhoven.
Dat heeft inmiddels geleid tot de ongenuanceerde herontwikkeling van Winkelcentrum Woensel en is helaas een ‘goed’ voorbeeld van de ongewenste gevolgen van het verlaten van principiële uitgangspunten. Historisch besef en tijdig overleg dienaangaande met de overheden is gewenst ten behoeve van de ontwikkeling van aangrenzende gebieden.

 

Samenhang tussen koop en huur
De zich steeds scherper aftekenende scheiding tussen de categorieën koop- en huurwoningen is goed afleesbaar en dient te worden opgeheven. Aanleiding kan zijn de door de woningbouwcoöperaties voorgenomen verkoop van huurwoningen aan particulieren. Veelvuldig is reeds contact geweest over de niet gedeelde visie ten aanzien van onderhoud met afwijkend materiaal- en kleurgebruik. Naar het zich laat aanzien wordt thans het streven van de stichting naar een homogene wijk onderschreven. Nader overleg en het sluiten van een samenwerkingsovereenkomst is gewenst.

 

Behoud architectonische kwaliteit
Ter bescherming van de architectonische kwaliteit heeft de SGV ’t Hool in 1997 de gemeente Eindhoven verzocht om een formeel kader ter bescherming van de bovengenoemde architectonische en stedebouwkundig kwaliteit, aangezien zachte overtreding van bewoners door de stichting niet langer leidde tot de gewenste correcties.

Met de invoering van de nieuwe woningwet heeft de gemeente zich redelijk kunnen wapenen tegen excessen. Zij werd namelijk verplicht een welstandsnota op te stellen waarin beleid en kaders werden geformuleerd om op te kunnen toetsen. De gemeente heeft voor ’t Hool daarnaast gebiedsgerichte criteria opgesteld. Deze zijn niet algemeen, maar specifiek geformuleerd voor onze wijk.
Deze juridische richtlijnen en het toezien op het handhaven daarvan vervangt thans de voormalige status ‘beschermd stadsgezicht’.

SGV ’t Hool zal zich blijven inzetten voor het verkrijgen van de formele status van (rijks)monument. Slechts deze status maakt het mogelijk om de woonwijk ’t Hool waarachtig architectonisch en stedebouwkundig te beschermen. De reden is om teloorgang te voorkomen. Zo heeft het ‘Witte Dorp’ destijds van de gemeente de status gemeentelijk monument gekregen, hetgeen daar gezorgd heeft voor de kering van het tij.
SGV ’t Hool treedt in overleg met de Rijksmonumentenzorg en de gemeente Eindhoven of zij de ‘wachtkamer’ kan verlaten om het predicaat (rijks)monument te krijgen.

 

3. Landschap

De hoge mate aan landschap, groen, en de kwaliteit daarvan wordt door 80% van de bewoners zeer gewaardeerd. In de 40 jaar bestaan van ’t Hool hebben de bomen en heesters een respectabele hoogte bereikt en is de wijk volgroeid. De landschapsarchitectuur is een weerspiegeling van de ontwikkelingen in de afgelopen kwart eeuw. 
De stroken met gemeenschappelijk groen rondom de bouwblokken zijn onlangs met de landschapsarchitecten Ank Bleeker en Anneke Nauta volgens het principe van gevarieerde hagen herzien.
Dit betreft helaas slechts de bouwblokken met de koopwoningen. Ter plaatse van de huurwoningen zijn de maten van de stroken drastisch ingenomen en is de scheiding tussen openbaar en privé voorzien van hekwerken.
Het groen dient ook hier visueel weer deel uit te gaan maken van de openbare ruimte. De eenheid in verscheidenheid lijdt hieronder. Strategisch overleg overeenkomstig paragraaf architectuur en stedebouw is hier eveneens dringend gewenst. Voortzetten van een goed onderhoud in samenspraak met de landschapsarchitecten vanzelfsprekend ook.

 

4. Sociale samenhang

Integratie
Onze wijk is één van de wijken in Nederland met het grootste aantal verschillende typen woningen.
Van een vrijgezellenflatje tot een vrijstaande woning, van lower- tot upperclass. De architectuur is ‘tolerant’ en geeft ruimte voor veel verschillende soorten gebruikers.

De maatschappelijke integratie tussen de verschillende inkomensklassen die de pioniers voor ogen stond is voor de wijk als geheel en op papier gerealiseerd. Maar de laagbouwhuurwoningen zijn niet binnen de wijk verspreid, die bevinden zich in het noordelijke gedeelte, evenals de huurflats in de hoogbouw die de wijk aan de noordzijde begrenst. Maatschappelijk is er wel degelijk een scheiding ondanks een opzet die gelijkheid suggereert. Een getraind oog ziet ook verschillen in de detaillering. Opvallend bij het onderhoud van de huurwoningen is het afwijkend gebruik van materialen en kleuren.

 

Permanente educatie
De bewoners zijn zich in het algemeen bewust van de bijzondere kwaliteiten, maar slechts een gedeelte is in staat om dat te benoemen. Permanente educatie is gewenst. ’t Hool heeft een eigen gezicht omdat de wijk een eigen geschiedenis heeft. Iedere bewoner die zich van deze eigenheid bewust is zal beslist bereid zijn om aan haar behoud mee te werken.
De doorstroming bevordert de anonimiteit. Dat hoeft niet blijvend te zijn wanneer de stichting in samenwerking met de woningbouwcoöperaties voor de nieuwkomers per stedebouwkundige eenheid kennismakingsbijeenkomsten met andere bewoners organiseert. Vanzelfsprekend ondersteunt door analoge en digitale informatie. Het ontwikkelen van een doeltreffende internetsite voor goede communicatie met de bewoners is dringend gewenst.

 

Veiligheid
De kindvriendelijkheid en de ouderenvriendelijkheid scoren hoog in ’t Hool. In t Hool heeft een kind de mogelijkheid geleidelijk zijn omgeving te verkennen en zijn actieradius te vergroten. De omgeving leent zich voor alle mogelijke vormen van spel. Het netwerk van paden, hofjes en speelvelden biedt veel gelegenheid om de omgeving af te bakenen.Jongeren in de hogere leeftijdscategorie hebben naast de toereikende hoeveelheid buitenruimten met speelvelden helaas niet langer een bruisend middelpunt voor gemeenschappelijke binnenactiviteiten. Dit resulteert in de avond rondhangen en soms luidruchtig overlast bij gebrek aan een wijkcentrum, waarover tot aan de uitbreiding van het Winkelcentrum Woensel werd beschikt.Oudere bewoners vinden de wijk heerlijk rustig. Sommigen misschien zelfs te rustig. De lange rechte perspectieven die Bakema destijds ontwierp hebben vooral voor het zicht (ontmoeten en veiligheid) veel voordelen voor met name deze leeftijdsgroep.

Veiligheid was in de beginfase geen probleem. De wijk wordt door sommigen als onveilig bestempeld. Maar ’t Hool heeft bij de politie en de gemeente de reputatie van een rustige en veilige wijk. Dat wil niet zeggen dat kleine criminaliteit afwezig is, net zo min als elders in Eindhoven.
Het project ‘Attentie buurtpreventie’, dat begin jaren 80 is gestart in samenwerking met de politie, heeft geleid tot een betere beveiliging van woningen en wijk. De samenwerking is gecontinueerd en heeft geresulteerd in ‘Buurtcoördinatie’. Deze laatste actie is niet langer beperkt gebleven tot de wijkdelen met koopwoningen, maar ook de huurwoningen participeren in het uitbreiden van de criminaliteitspreventie.

 

5. Wijze van aanpak

SGV ’t Hool streeft naar het behoud en het herstel van een kwalitatief hoogwaardige woonwijk betreffende sociale samenhang, architectuur, stedebouw en landschap, waarbinnen en –buiten nieuwe projecten optimaal geïntegreerd worden.
Dit kan slechts tot stand gebracht worden wanneer er sprake is van integrale benadering. De stichting wil toewerken naar coherente resultaten, voortkomend uit een multidisciplinaire aanpak.

De Stichting wil haar werkzaamheden beperken tot de 3 bovengenoemde kerntaken.
De praktische resultante van de taken is voor de eerste jaren als volgt:
• vaststellen van het ambitieplan;
• statutenwijziging voor de verbreding van de doelstelling;
• welstandsnota met gebiedsgerichte criteria woonwijk ’t Hool bekend maken onder (nieuwe) bewoners;
• inventarisatie ten behoeve van stedebouwkundige en architectonische bescherming woonwijk ’t Hool;
• overleg voeren met woningbouwcoöperaties, gemeente en rijk over stedebouwkundige en architectonische bescherming woonwijk ’t Hool;
• voorbereidingen met o.a. Stichting Bescherming Wederopbouwerfgoed Eindhoven tot plaatsing op de lijst van ‘jong rijksmonument’;
• zorg dragen voor een goed onderhoud van het groen;
• afstemming over het groen en het vernieuwen daarvan met de gemeente en de woningbouwcoöperaties;
• integratie van de bewoners van de koop- en huurwoningen bevorderen;
• actieve deelname aan het leefbaarheidteam;
• vernieuwing internetsite.